Bundesamt
für Verbraucherschutz und Lebensmittelsicherheit
Bekanntmachung
einer Verlängerung eines Genehmigungsbescheids
zur Genehmigung des Inverkehrbringens
von gentechnisch veränderten Nelken
nach dem Gentechnikgesetz
(BVL 134/2025/4)
Auf Grund des § 14 Absatz 5 des Gentechnikgesetzes in der Fassung der Bekanntmachung vom 16. Dezember 1993 (BGBl. I S. 2066) in Verbindung mit § 12 Absatz 2 der Gentechnik-Verfahrensverordnung in der Fassung der Bekanntmachung vom 4. November 1996 (BGBl. I S. 1657) gibt das Bundesamt für Verbraucherschutz und Lebensmittelsicherheit den folgenden Bescheid und die deutsche Übersetzung bekannt (Anlage).
Bundesamt
für Verbraucherschutz und Lebensmittelsicherheit
Im Auftrag
Prof. Dr. Detlef Bartsch
| Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat | |
| Retouradres: RIVM/VSP/BGGO, Postbus 1, 3720 BA Bilthoven. | Directoraat-generaal Milieu en Internationaal Directie Omgevingsveiligheid en Milieurisico’s |
| RIVM/VSP/Bureau GGO Antonie van Leeuwenhoeklaan 9 Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.ggo-vergunningverlening.nl |
|
| Contactpersoon Bureau GGO |
|
| T 088 689 7099 bggo@rivm.nl |
|
| Ons kenmerk C/NL/09/02_001.bes.1 |
|
| Uw kenmerk | |
Beschikking GGO C/NL/09/02_001
DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT (hierna: de Staatssecretaris)
gelezen de aanvraag van Suntory Flowers Limited, te Tokyo, Japan (hierna: Suntory Flowers), van 8 maart 2024, met referentienummer C/NL/09/02/001, tot verlenging van een vergunning als bedoeld in artikel 4.17 van het Besluit genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013 (hierna: Besluit ggo), en
gelet op artikel 17 en deel C van Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad,
gelet op afdeling 4.3 van het Besluit ggo,
BESLUIT:
Artikel 1
Vergunning
- 1.
-
De Staatssecretaris verlengt de geldigheidsduur van de vergunning, van Suntory Flowers, van 9 juli 2015, met het nummer C/NL/09/02 voor het in de handel brengen van het in artikel 2 gespecificeerde product, overeenkomstig deze beschikking.
- 2.
-
Ingevolge artikel 4.20, in verbinding met artikel 4.15, eerste lid, van het Besluit ggo worden aan de verlenging van de vergunning de voorschriften verbonden die worden gesteld aan het in de handel brengen van de genetisch gemodificeerde organismen als product.
Artikel 2
Product
(1) De genetisch gemodificeerde organismen die als product in de handel worden gebracht (hierna: het product) zijn snijbloemen van anjer (Dianthus caryophyllus L.) met een gewijzigde bloemkleur, afgeleid van de celcultuurlijn van Dianthus caryophyllus L. en gemodificeerd met Agrobacterium tumefaciens, stam AGL0, met behulp van de vector pCGP2355, waaruit lijn 26407 is ontstaan.
Het product bevat de volgende DNA-sequenties in drie cassettes:
- a)
-
Cassette 1De promotor van een leeuwenbekgen dat codeert voor chalconsynthase, cDNA van petunia cytochrome b5 (difF) dat codeert voor een cytochroom b5 dat de activiteit van F3’5’H verhoogt, en de terminator van een petuniagen dat codeert voor een fosfolipide-transporteiwithomoloog.
- b)
-
Cassette 2Het petunia flavonoïd-3’5’-hydroxylase cDNA (f3’5’h) dat codeert voor F3’5’H, een sleutelenzym in de biosynthese van anthocyanines, en de promotor en terminator van een Dianthus caryophyllus anthocyanine synthase (ans) gen.
Deze twee cassettes werden in het genoom van de plant gebracht om de gewenste bloemkleur te verkrijgen.
- c)
-
Cassette 3De 35S promotor van het bloemkoolmozaïekvirus, de 5’ niet-vertaalde regio van het petuniagen dat codeert voor het chlorofyl a/b bindingseiwit, het SuRB (als) gen afkomstig van Nicotiana tabacum dat codeert voor een mutant acetolactaatsynthase eiwit (ALS) dat tolerantie voor sulfonylurea geeft, met inbegrip van de eigen terminator.Dit gen is gebruikt als merkergen in de selectie van transformanten.
(2) De vergunning geldt ook voor nakomelingen die zijn verkregen door vegetatieve vermeerdering van de genetisch gemodificeerde anjer (Dianthus caryophyllus L., lijn 26407).
Artikel 3
Voorschriften voor het in de handel brengen
Het product mag alleen als sierbloem worden gebruikt en de teelt ervan is niet toegestaan. Het product mag met inachtneming van de volgende voorwaarden in de handel worden gebracht:
- a)
-
de verlenging van de vergunning heeft een geldigheidsduur van tien jaar, ingaande op de datum waarop de verlenging van de vergunning wordt verleend;
- b)
-
de eenduidige identificatiecode van het product is IFD-26407-2;
- c)
-
onverminderd artikel 25 van Richtlijn 2001/18/EC, is de methodologie voor de detectie en identificatie van het product, met inbegrip van experimentele gegevens die de intralaboratoriumvalidatie van de specificiteit van de methodologie door het communautair referentielaboratorium aantonen, publiek beschikbaar via http://gmo-crl.jrc.ec.europa.eu/valid-2001-18.htm;
- d)
-
onverminderd artikel 25 van Richtlijn 2001/18/EC stelt de houder van de vergunning op verzoek positieve en negatieve controlemonsters van het product of het genetisch materiaal daarvan of referentiematerialen ter beschikking aan de bevoegde instanties en de inspectiediensten van de lidstaten en de communautaire controlelaboratoria;
- e)
-
op een etiket of in een bij het product gevoegd document worden de woorden “Dit product is een genetisch gemodificeerd organisme” of “Dit product is een genetisch gemodificeerde anjer” en de woorden “niet voor consumptie door mens of dier of voor de teelt” vermeld.
Artikel 4
Monitoring
- 1.
-
Gedurende de gehele geldigheidsduur van de vergunning ziet de houder van de vergunning erop toe dat het monitoringplan, dat bestaat uit een algemeen plan van toezicht en tot doel heeft na te gaan of de behandeling of het gebruik van het product eventueel nadelige effecten heeft op de gezondheid van mens en dier of op het milieu, wordt uitgevoerd. Het monitoringplan is beschikbaar via http://gmoinfo.jrc.ec.europa.eu/gmc_browse.aspx.
- 2.
-
De houder van de vergunning stelt de exploitanten en gebruikers rechtstreeks in kennis van de veiligheid en de algemene kenmerken van het product en de voorwaarden ten aanzien van de monitoring, inclusief de beheersmaatregelen die in het geval van accidentele teelt moeten worden genomen.
- 3.
-
De houder van de vergunning dient bij de Commissie en de bevoegde instanties van de lidstaten jaarlijks een verslag in over de resultaten van alle monitoringactiviteiten.
- 4.
-
Het monitoringplan wordt in het licht van de resultaten van de monitoringactiviteiten door de houder van de vergunning, indien nodig en voor zover de Commissie en de Staatssecretaris hiermee instemmen, en/of door de Staatssecretaris, voor zover de Commissie hiermee instemt, herzien. Voorstellen voor de herziening van een monitoringplan worden ingediend bij de Staatssecretaris.
- 5.
-
De houder van de vergunning dient bij machte te zijn om aan de Commissie en de bevoegde instanties van de lidstaten het bewijs te leveren:
- a)
-
dat de bestaande monitoringnetwerken, met inbegrip van de nationale botanische toezichtsnetwerken en gewasbeschermingsdiensten, zoals gespecificeerd in het monitoringplan, de informatie verzamelen die relevant is voor de monitoring van het product, en
- b)
-
dat de onder a) genoemde bestaande monitoringnetwerken hebben toegezegd deze informatie vóór de in lid 3 vastgestelde datum voor de indiening van de monitoringverslagen bij de Commissie en de bevoegde instanties van de lidstaten aan de houder van de vergunning beschikbaar te stellen.
Artikel 5
Inwerkingtreding
Deze beschikking wordt van kracht overeenkomstig het bepaalde in artikel 20.3 van de Wet milieubeheer.
DE GEVOLGDE PROCEDURE
(1) Suntory Flowers heeft op 8 maart 2024 bij de Staatssecretaris een aanvraag ingediend als bedoeld in artikel 4.17 van het Besluit ggo voor verlenging van de vergunning van 9 juli 2015, met kenmerk C/NL/09/02, voor het in de handel brengen van een genetisch gemodificeerde anjer (Dianthus caryophyllus L., lijn 26407).
(2) De aanvraag is getoetst aan de vereisten van artikel 4.17, derde lid, van het Besluit ggo en voldoet daaraan.
(3) De aanvraag tot verlenging is behandeld conform afdeling 4.3 van het Besluit ggo en deel C van Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 maart 2001, inzake de doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu en tot intrekking van Richtlijn 90/220/EG van de Raad (hierna: de richtlijn).
(4) Ingevolge artikel 4.18, tweede lid, van het Besluit ggo is een beoordelingsrapport opgesteld. Het beoordelingsrapport vermeldt dat het product onder voorwaarden in de handel kan worden blijven gebracht. Dit beoordelingsrapport en een afschrift van de aanvraag tot verlenging zijn op 7 juni 2024 naar de aanvrager en de Commissie gezonden.
(5) Conform artikel 17, tweede lid, van de richtlijn is het beoordelingsrapport op 7 juni 2024 door de Commissie doorgezonden aan de lidstaten van de Europese Unie (hierna: de lidstaten).
(6) Conform de procedure van artikel 17 van de richtlijn kon een bevoegde instantie of de Commissie binnen 60 dagen na de verspreiding van het beoordelingsrapport om nadere informatie verzoeken, opmerkingen maken, of met redenen omklede bezwaren maken tegen het in de handel brengen van het betrokken product. Hierbij zijn binnen de daarvoor gestelde termijn geen met redenen omklede bezwaren ontvangen. Wel zijn opmerkingen en verzoeken om informatie van een aantal lidstaten ontvangen. Antwoorden op deze opmerkingen en verzoeken om informatie zijn verzonden naar de lidstaten op 5 september 2024.
(7) Conform artikel 24 van de richtlijn heeft de Commissie het beoordelingsrapport tevens ter beschikking gesteld van het publiek. De door de commissie ontvangen opmerkingen zijn beantwoord en hebben niet geleid tot een heroverweging van het advies in het beoordelingsrapport om de vergunning te verlengen.
(8) Uit onderzoek van de bij de verlengingsaanvraag ingediende informatie zijn geen redenen naar voren gekomen om aan te nemen dat het in de handel blijven brengen van het product in de context van het voorgestelde gebruik als sierbloemen nadelige effecten op de gezondheid van mens of dier of op het milieu zal hebben.
(9) Conform artikel 17, zesde lid, van de richtlijn kan de daarvoor bevoegde instantie in Nederland, IenW, de vergunning van Suntory Flowers Limited voor het in de handel brengen van het product overeenkomstig de in de beschikking genoemde voorwaarden, verlengen.
(10) De methodologie voor de detectie en identificatie van het product, met inbegrip van experimentele gegevens die de intralaboratoriumvalidatie van de specificiteit van de methodologie door het communautair referentielaboratorium aantonen, is publiek beschikbaar op http://gmo-crl.jrc.ec.europa.eu/valid-2001-18.htm.
(11) Ingevolge de Wet milieubeheer en het Besluit ggo is de Staatssecretaris bevoegd de vergunning voor het in de handel brengen van het product, te verlengen.
3 oktober 2024,
DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT – OPENBAAR VERVOER EN MILIEU,
namens deze,
de directeur Omgevingsveiligheid en Milieurisico’s,
Mr. Judith Elsinghorst
KENNISGEVING EN BEZWAAR
Voor nadere informatie over dit besluit kunt u terecht bij de hierboven genoemde contactpersoon. Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden een bezwaarschrift indienen tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekendgemaakt. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, ter attentie van Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, afdeling Algemeen Bestuurlijk-Juridische Zaken, postbus 20901, 2500 EX Den Haag.
Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste te bevatten:
- a)
-
naam en adres van de indiener;
- b)
-
de dagtekening;
- c)
-
een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt (datum en nummer of kenmerk);
- d)
-
een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen;
- e)
-
zo mogelijk een afschrift van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt.
Het niet voldoen aan deze eisen kan leiden tot niet-ontvankelijkheid van het bezwaarschrift.
Verfügung GGO C/NL/09/02/001
Der niederländische Staatssekretär für Infrastruktur und Wasserwirtschaft [Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat] (im Folgenden: Staatssekretär)
hat nach Durchsicht des Antrags von Suntory Flowers Limited in Tokio, Japan, (im Folgenden: Suntory Flowers) vom 8. März 2024 mit der Antragsnummer C/NL/09/02/001 zur Verlängerung einer Zustimmung im Sinne von Artikel 4.17 des Beschlusses zu genetisch veränderten Organismen und Umweltschutz von 2013 [Besluit genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013] (im Folgenden: GVO-Beschluss) und
auf Grund von Artikel 17 und Teil C der Richtlinie 2001/18/EG des europäischen Parlaments und des Rates,
auf Grund von Artikel 4.3 des GVO-Beschlusses
entschieden:
Artikel 1
Zustimmung
- 1.
-
Der Staatssekretär verlängert die Gültigkeitsdauer der Zustimmung von Suntory Flowers vom 9. Juli 2015 mit der Antragsnummer C/NL/09/02 für das Inverkehrbringen des in Artikel 2 spezifizierten Produkts in Übereinstimmung mit dieser Verfügung.
- 2.
-
Gemäß Artikel 4.20 in Verbindung mit Artikel 4.15 Absatz 1 des GVO-Beschlusses ist die Verlängerung der Zustimmung an Bedingungen gebunden, die für das Inverkehrbringen genetisch veränderter Organismen als Produkt gelten.
Artikel 2
Produkt
(1) Bei den genetisch veränderten Organismen, die als Produkt in Verkehr gebracht werden (im Folgenden: das Produkt), handelt es sich um Schnittblumen der Nelke (Dianthus caryophyllus L.) mit einer veränderten Blütenfarbe. Diese Nelken der Linie 26407 sind aus einer Agrobacterium tumefaciens (Stamm AGL0) vermittelten Transformation einer Zelllinie von Dianthus caryophyllus L. mit dem Transformationsvektor pCGP2355 hervorgegangen.
Das Produkt enthält die folgenden DNA-Sequenzen in drei Kassetten:
- a)
-
Kassette 1Den Promotor eines Gens aus Löwenmäulchen, das für eine Chalconsynthase kodiert, eine cDNA aus Petunia cytochrome b5 (difF), die für ein Cytochrom b5 kodiert, welches die Aktivität von F3’5’H verstärkt, und den Terminator eines Gens aus Petunia, das für ein Phospholipid-Transferprotein-Homolog kodiert.
- b)
-
Kassette 2Die Flavonoid 3’5’ Hydroxylase (F3’5’H) cDNA aus Petunie, die für ein F3’5’H kodiert, ein Schlüsselenzym des Anthocyan-Biosynthesewegs, und den Promotor und Terminator eines Dianthus caryophyllus Anthocyan-Synthase (ans) Gens.
Diese zwei Genkassetten wurden in das Pflanzengenom eingebracht, um die gewünschte Blütenfarbe zu erhalten.
- c)
-
Kassette 3Den 35S-Promotor aus dem Blumenkohlmosaikvirus, den nichttranslatierten 5’-Bereich eines Gens aus Petunie, welches für das Chlorophyll a/b Bindungsprotein kodiert, das SuRB (als) Gen aus Nicotiana tabacum, das für eine mutierte Acetolactat-Synthase (ALS) kodiert, welche eine Toleranz gegenüber Sulfonylharnstoff verleiht, einschließlich seines eigenen Terminators. Dieses Merkmal wurde als Marker zur Selektion von Transformanden verwendet.
(2) Die Zustimmung umfasst auch Nachkommen, die aus vegetativer Vermehrung der genetisch veränderten Nelke (Dianthus caryophyllus L., Linie 26407) entstanden sind.
Artikel 3
Bedingungen für das Inverkehrbringen
Das Produkt darf nur als Schnittblume verwendet werden und sein Anbau ist nicht zulässig.
Das Produkt darf unter den folgenden Bedingungen in Verkehr gebracht werden:
- a)
-
die Verlängerung der Zustimmung hat eine Gültigkeit von zehn Jahren ab dem Datum, an dem die Verlängerung der Zustimmung gewährt wird;
- b)
-
der spezifische Erkennungsmarker des Produkts lautet IFD-26407-2;
- c)
-
unbeschadet Artikel 25 der Richtlinie 2001/18/EG ist das Verfahren zum Nachweis und zur Identifizierung des Produkts, einschließlich der experimentellen Daten zum validierten Nachweis der Spezifizität der Verfahren entsprechend der Überprüfung des gemeinschaftlichen Referenzlaboratoriums, unter http://gmo-crl.jrc.ec.europa.eu/valid-2001-18.htm der Öffentlichkeit zugänglich;
- d)
-
unbeschadet Artikel 25 der Richtlinie 2001/18/EG stellt der Inhaber der Zustimmung den zuständigen Behörden und den Aufsichtsämtern der Mitgliedstaaten sowie den Kontrolllaboratorien der Gemeinschaft auf Anfrage positive und negative Kontrollproben des Produkts oder seines genetischen Materials beziehungsweise Referenzmaterials zur Verfügung;
- e)
-
auf einem Etikett oder in einem dem Produkt beigefügten Dokument ist der Wortlaut „Dieses Produkt ist ein genetisch veränderter Organismus“ oder „Dieses Produkt ist eine genetisch veränderte Nelke“ und der Wortlaut „Weder für den menschlichen oder tierischen Verzehr noch für den Anbau“ angegeben.
Artikel 4
Beobachtung
- 1.
-
Über die gesamte Gültigkeit der Zustimmung stellt der Inhaber der Zustimmung sicher, dass der Beobachtungsplan, der aus einem allgemeinen Überwachungsplan besteht und mit dem verfolgt werden soll, ob die Handhabung oder die Verwendung des Produkts etwaige schädliche Auswirkungen auf die Gesundheit von Mensch und Tier oder auf die Umwelt hat, umgesetzt wird. Der Beobachtungsplan ist abrufbar unter http://gmoinfo.jrc.ec.europa.eu/gmc_browse.aspx.
- 2.
-
Der Zustimmungsinhaber informiert die Beteiligten und Anwender unmittelbar über die Sicherheit und die allgemeinen Merkmale des Produkts sowie über die Bedingungen hinsichtlich der Beobachtung, einschließlich der Managementmaßnahmen, die im Falle einer unbeabsichtigten Vermehrung zu ergreifen sind.
- 3.
-
Der Zustimmungsinhaber legt der Kommission und den zuständigen Behörden der Mitgliedstaaten jährlich einen Bericht über alle Beobachtungsergebnisse vor.
- 4.
-
Auf der Grundlage der Ergebnisse der Beobachtungstätigkeiten wird der Beobachtungsplan, sofern erforderlich, vorbehaltlich der Billigung durch die Kommission und den Staatssekretär vom Inhaber der Zustimmung beziehungsweise vorbehaltlich der Billigung durch die Kommission vom Staatssekretär überarbeitet. Vorschläge für den überarbeiteten Beobachtungsplan werden dem Staatssekretär vorgelegt.
- 5.
-
Der Zustimmungsinhaber muss in der Lage sein, der Kommission und den zuständigen Behörden der Mitgliedstaaten den Nachweis zu erbringen, dass
- a)
-
mit den bestehenden Beobachtungsnetzwerken einschließlich der nationalen botanischen Überwachungsnetzwerke und den Pflanzenschutzdiensten, die im Beobachtungsplan genannt werden, die für die Beobachtung des Produkts notwendigen Daten erhoben werden, und
- b)
-
die in Buchstabe a genannten bestehenden Beobachtungsnetzwerke bereit sind, dem Zustimmungsinhaber diese Daten vor Ablauf der Frist für die Übermittlung der Beobachtungsberichte an die Kommission und die zuständigen Behörden der Mitgliedstaaten gemäß Absatz 3 zur Verfügung zu stellen.
Artikel 5
Inkrafttreten
Diese Verfügung tritt gemäß den Bestimmungen in Artikel 20.3 des Umweltmanagementgesetzes in Kraft.
Angewendetes Verfahren:
(1) Suntory Flowers hat am 8. März 2024 beim Staatssekretär einen Antrag gemäß Artikel 4.17 des GVO-Beschlusses auf Verlängerung der Genehmigung vom 9. Juli 2015, mit der Antragsnummer C/NL/09/02, für das Inverkehrbringen einer genetisch modifizierten Nelke (Dianthus caryophyllus L., Linie 26407) eingereicht.
(2) Der Antrag wurde auf die Anforderungen von Artikel 4.17 Absatz 3 des GVO-Beschlusses geprüft und erfüllt diese.
(3) Der Antrag auf Verlängerung wurde gemäß Artikel 4.3 des GVO-Beschlusses und Teil C der Richtlinie 2001/18/EG des Europäischen Parlaments und des Rates vom 12. März 2001 bezüglich der absichtlichen Einführung von genetisch modifizierten Organismen in die Umwelt und zur Aufhebung der Richtlinie 90/220/EG des Rates (im Folgenden: die Richtlinie) behandelt.
(4) Gemäß Artikel 4.18 Absatz 2 des GVO-Beschlusses wurde ein Bewertungsbericht erstellt. Der Bewertungsbericht stellt fest, dass das Produkt unter bestimmten Bedingungen weiter in Verkehr gebracht werden kann. Dieser Bewertungsbericht und eine Kopie des Antrags auf Verlängerung wurden am 7. Juni 2024 an den Antragsteller und die Kommission geschickt.
(5) Gemäß Artikel 17 Absatz 2 der Richtlinie wurde der Bewertungsbericht am 7. Juni 2024 durch die Kommission an die Mitgliedstaaten der Europäischen Union (im Folgenden: die Mitgliedstaaten) weitergeleitet.
(6) Gemäß dem Verfahren nach Artikel 17 der Richtlinie konnte eine zuständige Behörde oder die Kommission innerhalb von 60 Tagen nach der Verteilung des Bewertungsberichts genauere Informationen anfordern, Anmerkungen machen oder begründete Einwände gegen das Inverkehrbringen des betroffenen Produkts erheben. Hierbei wurden innerhalb der dafür festgelegten Frist keine begründeten Einwände erhoben. Es sind jedoch Anmerkungen und Anforderungen weiterer Informationen von einer Reihe von Mitgliedstaaten eingegangen. Antworten auf diese Anmerkungen und Anforderungen weiterer Informationen wurden am 5. September 2024 an die Mitgliedstaaten versandt.
(7) Gemäß Artikel 24 der Richtlinie hat die Kommission den Bewertungsbericht ebenso der Öffentlichkeit zur Verfügung gestellt. Die durch die Kommission erhaltenen Anmerkungen wurden beantwortet und haben zu keiner erneuten Erwägung der Stellungnahme im Bewertungsbericht geführt, die Genehmigung zu verlängern.
(8) Bei der Überprüfung der im Verlängerungsantrag eingereichten Informationen konnten keine Gründe ermittelt werden, die Grund zur Annahme geben, dass das weitere Inverkehrbringen des Produkts im Rahmen des beabsichtigten Gebrauchs als Schnittblumen negative Auswirkungen auf die Gesundheit von Mensch und Tier oder auf die Umwelt haben wird.
(9) Gemäß Artikel 17 Absatz 6 der Richtlinie kann die dafür zuständige Instanz in den Niederlanden, das Ministerium für Infrastruktur und Wasserwirtschaft, die Genehmigung von Suntory Flowers Limited für das Inverkehrbringen des Produkts in Übereinstimmung mit den in der Verfügung genannten Bedingungen verlängern.
(10) Das Verfahren zum Nachweis und zur Identifizierung des Produkts, einschließlich der experimentellen Daten zum Nachweis der Spezifizität der validierten Verfahren entsprechend der Überprüfung des gemeinschaftlichen Referenzlaboratoriums, ist öffentlich verfügbar auf http://gmo-crl.jrc.ec.europa.eu/valid-2001-18.htm.
(11) Laut dem Umweltmanagementgesetz und dem GVO-Beschluss ist der Staatssekretär befugt, die Zulassung für das Inverkehrbringen des Produkts zu verlängern.
3. Oktober 2024,
Der Staatssekretär für Öffentlichen Verkehr und Umwelt im Ministerium für Infrastruktur und Wasserwirtschaft
und im Auftrag dessen
die Direktorin für Umweltsicherheit und Umweltrisiken
Frau Judith Elsinghorst
Bekanntgabe und Einspruch
Weitere Informationen über diesen Beschluss erhalten Sie bei der oben genannten Kontaktperson. Gegen diesen Beschluss kann auf der Grundlage des allgemeinen Verwaltungsrechtsgesetzes innerhalb von sechs Wochen nach Bekanntgabe ein Einspruch eingereicht werden. Der Einspruch ist an den Staatssekretär für Infrastruktur und Wasserwirtschaft, zu Händen der Hauptdirektion für Verwaltungs- und Rechtsangelegenheiten, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, Abteilung Algemeen Bestuurlijk-Juridische Zaken, Postbus 20901, 2500 EX Den Haag zu richten.
Der Einspruch muss unterzeichnet sein und mindestens Folgendes enthalten:
- a)
-
Name und Adresse der einreichenden Person;
- b)
-
Datum;
- c)
-
eine Beschreibung des Beschlusses, gegen den Einspruch erhoben wird (Datum und Nummer oder Kennzeichen);
- d)
-
eine Angabe der Gründe, warum Einspruch gegen den Beschluss erhoben wird;
- e)
-
wenn möglich eine Kopie des Beschlusses, gegen den Einspruch erhoben wird.
Werden diese Forderungen nicht erfüllt, kann dies zu einer Unzulässigkeit des Einspruchs führen.
Kommentar hinterlassen